Hoge bezoekersaantallen en de aanwezigheid van tientallen Formule 3-teams op het Zandvoortse circuit zorgden ervoor dat de coureurs binnen de BenQ-Siemens BMW 130i Cup extra gedreven waren om het weekend af te sluiten met een hoge notering. Zo bleek tijdens de zevende ronde van de BenQ-Siemens BMW 130i Cup, die een onstuimig verloop kende.

Nadat de lampen boven Circuit Park Zandvoort op groen sprongen, hield Tim Coronel de druk er bij pole sitter Ricardo van der Ende goed op en in de Hugenholtz-bocht, nam Coronel de leiding van de wedstrijd over, om deze vervolgens niet meer af te staan.

Tim Coronel kreeg de overwinning echter niet cadeau. Nadat hij een aanzienlijke voorsprong opgebouwd had, kwam de safety car op de baan, vanwege de vele incidenten op het circuit. Marc Koster was betrokken bij een van deze incidenten. De inwoner van Blaricum behoorde al snel tot de grote groep uitvallers, nadat hij bij het uitkomen van de Audi-S-bocht over een plas koelvloeistof uitgleed en vervolgens in de vangrail belandde.

Toen de baan na de safety car-situatie weer vrijgegeven werd, creëerde Tim Coronel direct weer een voorsprong op Rory Betram (P2) en Dillon Koster, die lange tijd uitzicht had op een podiumklassering. De laatste podiumplaats werd uiteindelijk de prooi van Ardi van de Hoek, dit nadat het Ekris-duo Koster in de slotfase van de wedstrijd wist te passeren. Uiteindelijk werd de Certainty Racing Team-eigenaar (na diskwalificatie van Ricardo van der Ende) vierde, terwijl Rintje Ritsma optimaal van de incidenten op de baan profiteerde, door als zesde over de meet te komen, een prima prestatie. Radio Veronica-DJ Rob van Someren kwam 0.023 seconde tekort voor de tiende eindpositie en sloot de race dus als elfde af.

Tim Coronel: “Ik maakte een fantastische start en wist Ricardo al snel te verschalken. Doordat er daarna incidenten achter me ontstonden, kon ik gemakkelijk een voorsprong opbouwen. Deze ging helaas verloren doordat de safety car op het circuit kwam, waardoor ik weer van vooraf aan kon beginnen. Toen de voorsprong voor de tweede keer weer groot genoeg was kon ik aan het einde van de race beginnen de overwinning binnen te halen.”

Dillon Koster: “De kwalificatie verliep niet helemaal naar wens, ik kwalificeerde me namelijk als achtste. Deze tegenvallende startpositie maakte ik al snel goed bij de start van de race. Doordat er incidenten op de baan ontstonden, kon ik al snel opklimmen tot de derde positie. Toen na de safety car situatie de wedstrijd weer hervat werd, was de wegligging beroerd en zat er geen tempo meer in mijn auto. Hierdoor werd ik in de slotfase van de wedstrijd nog door het Ekris-duo ingehaald, waardoor ik uiteindelijk als vierde de finishvlag zag. Maar goed, het is vandaag lekker weer en het is hier gezellig, dus ik heb geen reden tot klagen.”

Marc Koster: “Na mijn start sloot ik aan achter Tim Coronel en ik zat eerste rang in de Hugenholtz-bocht toen hij de leiding van Ricardo van der Ende overnam. In de bocht zonder naam toucheerden Van der Ende en Jan-Joris Verheul elkaar, waar ik helaas ongewild bij betrokken raakte. Doordat Van der Ende mij raakte, belandde ik in de grindbak. Gelukkig kon ik mijn weg weer vervolgen, maar ik gleed drie ronden later uit over koelvloeistof bij het uitkomen van de Audi-S-bocht, waarna ik alsnog tot de uitvallers behoorde. Einde oefening en een bak vol met schade. Maar de overwinning van Tim maakt een hoop goed!”

Rintje Ritsma: “Ik startte vanaf de 13e positie en had een goede start en wist door de incidenten op de baan al een aantal plaatsen goed te maken. Tot het moment dat de safety car op het circuit kwam, kon ik het tempo prima volgen. De herstart ging prima, maar zag in mijn spiegel het Ekris-duo (Ricardo van der Ende en Ardi van der Hoek, red.) aandringen. Ik heb hen er maar langs gelaten en geprobeerd aan te sluiten. Dit was zonder twijfel, met een zesde eindpositie, mijn beste race tot nu toe.”

Rob van Someren: “Toen we voorafgaand aan de race allemaal in volgorde opgesteld stonden, stond Willem Cornelissen voor mij. Willem maakte echter geen haast en voordat hij in zijn auto zat, was het hek al dicht. Dus mochten we, zonder dat ik er iets aan doen kon, de race vanuit de pitstraat aanvangen. Toen de race eenmaal onderweg was leek het op de baan wel een kerkhof. Modder, grind, allerlei ellende heb ik voorbij zien komen. Uiteindelijk kwam ik als elfde over de streep, 0.023 seconde achter… Willem Cornelissen.”

UITSLAGEN BP ULTIMATE MASTERS 2006
BenQ-Siemens BMW 130i Cup: 1: Tim Coronel in 26:54.794 minuten, 2: Rory Betram op 2.478 seconden, 3: Ardi van de Hoek op 6.042 seconden, 4: Dillon Koster, 6: Rintje Ritsma en 11: Rob van Someren.